Negen weken zwanger van een tweeling. Ik ben er helemaal ondersteboven van. Mijn wederhelft reageert heel nuchter op het grote nieuws. Het is nog zo pril, er kan nog van alles mis gaan. Hij heeft gelijk. Helaas werk dat niet zo bij mij. Mijn zorgen worden daar alleen maar groter van. Was ik eerst overdonderd en wist ik zo snel niet hoe we dat moeten gaan doen. Nu ben ik bang dat er wat mis kan gaan met mijn kleintjes! De drie B’s zijn begonnen: Beduusd, Blij en Bang. Beduusd overheerst.
Na een telefoontje aan de verloskundige leert deze ervaren moeder dat de controles door de gynaecoloog gedaan zullen worden en dat thuis bevallen niet mag. Aan de ene kant fijn, mijn kleintjes worden dus goed in de gaten gehouden. Aan de andere kant valt het tegen. Ik ben een thuisbevalmoeder. Drie van mijn vier kinderen werden geboren thuis geboren. Alleen nummer 3 zag het eerste daglicht in het ziekenhuis. Als het nodig is dan is het fijn. Ach zover zijn we nog lang niet.
Na drie weken krijgen we dan eindelijk de termijnecho. Mijn man is erbij. Als we dan eindelijk aan de beurt zijn en ik lig, hebben we gelukkig snel beeld. Twee kleintjes, een dik tussenschot en twee placenta’s zijn te zien. Een twee-eiige tweeling met hun eigen vliezen. De minst risicovolle tweelingzwangerschap. Ik haal opgelucht adem. Het gaat goed met ze. Twee trotse ouders. De rest van de dag loop ik met een grijns van oor tot oor. Blij staat bovenaan.
Dag en nacht zit ik met mijn hoofd mijn buik. De 3 B’s zijn nog steeds van toepassing. Struin heel internet af naar alles over tweelingen en lees het minstens drie keer. Gek genoeg hebben we dit keer nog niks gekocht voor mijn kleintjes. Op de een of ander manier durf ik dat niet. Bang is het sleutelwoord.