Nog maar een paar weken te gaan en mijn kleine ventje wordt één jaar oud. Gezien mijn ervaring als moeder kan ik zeggen: het leven van de moeder van een (bijna) éénjarige zit vol tegenstrijdigheden!
Enerzijds is daar dat liefdevolle gevoel, die enorme trots en het geweldige plezier dat je ervaart bij het kindje dat al zo ontzettend veel kan en zelfs al een ‘echt mensje’ begint te worden. Anderzijds is daar die enorme frustratie wanneer je kind ’s nachts om drie uur krijsend in zijn bedje de hele buurt wakker lijkt te maken.
Ik noem het frustratie omdat ik vaak letterlijk met mijn handen in het haar naast zijn bedje sta. Dikke tranen rollen uit zijn vermoeide ogen, zijn mondje wagenwijd open en een klein trillend tongetje dat enerzijds zielig is, maar tegelijkertijd in theorie nog wel een lachstuip kan veroorzaken, omdat het er zo grappig uitziet.
Wanneer ik in het holst van de nacht in zijn kamertje sta kan ik eigenlijk alleen maar aan Derek Ogilvie denken. Wat zei hij daar ook al weer over? Niet uit bed halen, rustig over zijn bolletje aaien en zonder iets te zeggen de kamer weer verlaten? O nee, die regel geldt alleen wanneer ze ’s avonds niet in slaap willen vallen. Dit is anders! Toch? Is het een enge droom? Is het angst? Of is het toch gewoon pijn?
Wanneer het moment van ‘nachtelijk spoken’ aanbreekt en ik maar met moeite mijn ogen open krijg, als de wekker drie uur aangeeft, vergeet ik spontaan wat welk huiltje ook al weer wat betekent. En die wetenschap frustreert me mateloos! Waarom wist ik een maand na zijn geboorte precies wat mijn zoon mankeerde, maar heb ik nu geen flauw idee? En hoe kan het toch dat ik dat nachtelijk huilen de eerste maand zo aandoenlijk vond, maar nu bijna vloekend aan datzelfde bedje sta?
Natuurlijk gaat het beter wanneer ik eenmaal goed wakker ben, maar dan is er nog steeds die grote twijfel. Is het pijn of heeft hij honger? Hij drinkt al maanden niet meer ’s nachts dus dat laatste kan het onmogelijk zijn. Toch?
Afgelopen week was het weer zover: nachtelijke drama’s. Om een heel lang verhaal kort te maken: ik dacht dat hij pijn had en mijn intuïtie bleek te kloppen, eergisteren kreeg meneertje een loopoor. Dát was het dus. Of waren het toch die vier kiezen die maar niet door lijken te komen?
Gistermiddag kreeg zoonlief twee spuiten en we hadden ons mentaal voorbereid op de zoveelste slapeloze nacht deze week, maar wonder boven wonder sliep hij door. Hij heeft nergens last van gehad, geen koorts en geen pijn. Niets nachtbraken, maar heerlijk slapen.
Hoe kan dat? Vraag ik me dan af. Waarom de ene keer wel en de andere keer niet? En dan blijkt maar weer: niet alleen het leven van een moeder bestaat uit tegenstrijdigheden, maar ook kinderen blijken keer op keer een vat vol tegenstrijdigheden te zijn. Maar wel heerlijke tegenstrijdigheden die het leven leuk maken.