Klok kijken. De meeste van ons doen dit dagelijks en staan er niet meer bij stil dat dit ooit geleerd moest worden. Je werpt een blik op de klok en weet automatisch hoe laat het is. En weet daarmee ook hoe lang het nog duurt voor je echt uit bed moet, voor je gaat eten, voor je de kinderen uit school moet halen of welke gebeurtenis dan ook te gebeuren staat.
Maar we hebben wel degelijk moeten leren klok kijken. Ik kan me eigenlijk niet meer herinneren dat ik het echt bewust geleerd heb, of dat er op school aandacht aan werd besteed, maar op een gegeven moment kreeg ik mijn eerste horloge en werd van mij verwacht dat ik op een bepaalde tijd thuis was en die combinatie werkte prima.
Mijn dochter zit in groep 4 en daar beginnen ze met leren klok-kijken. En aan de ouders is tijdens de eerste ouderbijeenkomst al vriendelijk verzocht dit ook thuis te oefenen omdat veel kinderen dit lastig vinden. Ze beginnen (uiteraard) met de hele uren, daarna volgen de halve uren en de kwartieren. Mijn jongste zoon zit in groep 5 en daar begint het “zwaardere werk”: de minuten.
Een beetje waren we al bezig thuis met klok kijken. “Wanneer de grote wijzer helemaal boven staat, moet je je pyjama aanhebben”. “Wanneer je wekker op 6.00 staat, mag je opstaan, wanneer het nog geen 6 uur is, moet je proberen nog even door te slapen”. Ze weten op welk tijdstip ze in bed moeten liggen en welke wijzerstand daar bij hoort, maar echt klokkijken is een ander verhaal.
Fijn dus, deze oefenkaarten. Ze zitten in een handig doosje en zijn zeer stevig uitgevoerd en afwasbaar. Erg kind- en gebruiksvriendelijk. Er zijn 3 niveau’s, aangegeven door sterren. Eén ster is oefenen met hele en halve uren, twee sterren zijn de kwartieren en drie sterren de minuten. Prima opgebouwd en in mijn gezin erg handig omdat ik nu zowel met mijn zoon als mijn dochter kan oefenen.
De “antwoorden” die horen bij de vraag hoe laat het op de klok is, staan op de achterkant van hetzelfde kaartje, waardoor je kind ook zelf kan oefenen, maar eerlijk gezegd denk ik dat dat weinig meerwaarde heeft. Oefenen doen ze op school ook, het is juist leuk om dit als een soort spelletje samen te doen. Goede kaartjes stapelen, korte verhaaltjes verzinnen bij de juiste tijd. Er zijn talloze manieren waarop mijn dochter het oefenen als spelletje ziet in plaats van als schoolwerk.
Het dagelijks oefenen levert al snel resultaat op. Mijn dochter en ik hebben de kwartieren inmiddels bij de één ster kaarten gestopt en oefenen ze door elkaar. De verhaaltjes die mijn dochter bij de goed gelezen tijd maakt worden steeds creatiever: “om half 10 willen mijn cavia’s graag komkommer”; “om kwart voor 7 doe ik nog even een dansje voor ik mijn tanden ga poetsen” en op deze manier is het een gezellig ritueel geworden.
De ‘drie sterren’ kaartjes waarmee ik met mijn zoon oefen hebben het voordeel dat ze zowel de optie “19 over 5” goed rekenen als “11 voor half 6”.
Het enige wat ik mis is de digitale weergave van de tijden op de klok. Op school moeten ze zowel analoog als digitaal leren klok kijken en deze kaarten laten alleen “wijzerklokken” zien. Het zou fijn zijn geweest wanneer er op hetzelfde kaartje, desnoods aan de achterkant, bij het “antwoord” ook een afbeelding van de digitale tijdsweergave had gestaan. Maar verder zijn deze kaartjes een groot succes en hebben ze sneller en beter effect op het leren-klok-kijken dan ik had verwacht of dan ik met de oudste, gewoon door met de keukenklok te oefenen, jaren geleden bereikte.
Doosje met 40 kaarten, uitgeverij Deltas
Bestel dit doosje “klok-kijk”-kaarten hier >>>>