Dat ik sinds de dood van mijn moeder, op tweede kerstdag, kerst waardeloos vond heb ik nooit onder stoelen of banken gestoken. Kerst was geen kerst meer, maar slechts een herinnering aan haar laatste adem, terwijl de monopoly op tafel stond, met hier en daar een verloren hapje.
In mijn kerstjurkje op te hoge hakken gilde ik naar het ambulancepersoneel dat ze mijn moeder niet dood mochten laten gaan, dat het niet eerlijk was, en dat we al genoeg ellende gehad hadden. Maar het was te laat, kerst werd nooit meer kerst zoals we dat gewend waren. Warmte, gezelligheid, teveel eten, drankjes, spelletjes en warme herinneringen aan alle voorgaande jaren. Kerst werd kil, stond in het teken van doodgaan en de vreselijke ziekte die mijn ouders moesten treffen.
Jaloers
Samen met mijn kinderen wandel ik door de straten, waarin we verlichte huizen zien, gezelligheid, familie, vrolijkheid, warmte. Prachtige kerstbomen, kerstdorpjes en andere versiering. Huizen met ieder een eigen verhaal, maar huizen die allemaal geluk en gezelligheid uitstralen. Huizen, waarin straks de tafels feestelijk gedekt worden voor de mensen die hun dierbaar zijn.
Het is een vorm van gezond jaloers zijn, wat ik voel. Ik wil dat ook, een thuis waar ik kan aanschuiven. Ik wil ook kerst vieren met mijn familie. Uitkijken naar die gezelligheid. Terwijl ik dat besef kijk ik naar mijn huppelende, vrolijke pareltjes, die uit volle borst kersliedjes zingen. Zij zien de huizen niet, zoals ik ze zie. Zij voelen niet wat ik voel. Zij zijn betoverd door het geluk die de kerstsfeer veroorzaakt. En zij verdienen een thuis.
Thuis
Ik kan dan wel geen thuis meer hebben, ik kan er wel één bieden. Aan die twee prachtige kinderen, die mij laten lachen, huilen, soms laten vloeken maar me vooral dagelijks leren dat liefde onverwoestbaar is. Ik moet niet langer kijken naar wat ik niet meer heb, maar kijken naar wat de wereld wel biedt. Het biedt namelijk zoveel meer dan het gemis, de dood en het verdriet wat daar bij hoort. Het biedt liefde en vriendschap die ik niet wil missen. Niet kán missen, moet ik zeggen.
De feestelijk gedekte tafel
Dus als je door de straten loopt, en je misschien een beetje somber voelt, kijk je dan bij mij naar binnen? Dan zie je deze dagen een kerstboom, kaarsjes, cadeautjes en een feestelijk gedekte tafel. Als je bij mij naar binnen kijkt, zie je liefde, warmte en gezelligheid. Zoals kerst moet zijn. Ik vier kerst met zij, die mij dierbaar zijn. Ik kan het ook! Hopelijk net als jullie allemaal!
Fijne kerst voor jullie allemaal