Poetjes-pap. Het was één van de lekkerste dingen die ik me uit mijn kindertijd kan herinneren. We ontbeten iedere ochtend gezamenlijk, mijn ouders, mijn broer en ik. Meestal werd de tafel gedekt en smeerden we allemaal onze eigen boterham. Maar af en toe aten we poetjes-pap!
Dan stonden er diepe borden op tafel waar ieder twee beschuiten in kreeg. Op elkaar gestapeld. En dan kwam het leukste onderdeel: we mochten heel hard met onze vuist op de bovenste beschuit drukken, zodat die in stukken brak en vervolgens doordrukken op de onderste beschuit. Zo kreeg je een bord vol met stukken beschuit. En net zoals mijn broertje en ik hiervan genoten, genieten mijn drie kinderen ook van dit onderdeel van ‘ontbijt maken’.
Vervolgens kregen we een schep suiker over de beschuitstukken gestrooid. En dat terwijl mijn ouders echt niet scheutig waren met grote hoeveelheden zoetigheid. Vervolgens warme melk er overheen en smullen maar!
Door de melk wordt de beschuit uiteraard zacht, maar er zitten ook nog steeds brosse stukken bij. Ik roerde nooit, maar begon te eten en dan kon het gebeuren dat je ineens een hap hebt waarop nog lekker veel suiker ligt. Mmmmm…
Wanneer alle stukjes beschuit opgegeten zijn, blijft er nog een laagje zoete melk over, met wat zachte kruimels erdoor. En ook dat is heerlijk. Ik vind het super dat ik dit ontbijt, waar ik zelf mooie herinneringen aan heb, doorgeef aan mijn kinderen.
En zo blijft er ook nog een woord uit mijn jeugd over: poetjes-pap, wat uiteraard afgeleid is van ‘poesjes-pap’, pap waar poezen van zouden genieten. Maar nu genieten wij ervan!