8 gouden voorleestips

Laatst las ik in de nieuwsbrief van onze basisschool “Acht gouden voorleestips”. Toen ik ze doorlas, moest ik bekennen dat ik deze regels zelf lang niet hanteer. Zo vond ik het wel “makkelijk” dat 1 van de kinds niet meer voorgelezen hoefde te worden omdat zij nu zelf kan lezen. Eigenlijk nooit over nagedacht dat het ook voor haar nog zo belangrijk is om zich te kunnen verliezen in verhalen die ik aan haar voorlees. Ik zal niet alle tips letterlijk gaan uitvoeren, maar het is zeker een handig lijstje waardoor ik me vooral realiseer om weer even wat meer tijd hier in te steken. Hier deze gouden voorlees tips:

1. Een boek kiezen. Kies een boek dat past bij de interesse van je kind. Alles is voor te lezen als je zoon of dochter er belangstelling in heeft. De een houdt nu eenmaal meer van informatieve boeken, de ander van fantasieverhalen en de derde weer van een leesbundel of plaatjesboek. Het is wel goed om af te wisselen zodat je kind kennis kan maken met verschillende soorten teksten. Vraag maar eens aan je kind: “Waar zou je graag meer over willen weten?” of sluit aan bij een thema dat thuis speelt, zoals bijvoorbeeld de komst van een nieuw broertje of de feestdagen.
2. Voorspel samen het verhaal. Kijk samen naar de voorkant van het boek en lees de titel voor. Vraag je kinderen waar hij of zij denkt dat het boek over zal gaan en waarom ze dat denken. Stop eens op een spannend moment in het verhaal, en vraag hoe het verder zou gaan. Vraag na afloop of het klopte wat hij/zij dacht. Door na te denken over het verhaal, leren kinderen een oplossing te bedenken en weet jij tegelijkertijd of je kind het verhaal wel begrepen heeft.
3. Speel in op reacties. Vaak leeft je kind mee en lacht het om grapjes. Speel hier op in! Laat je kind vertellen en vraag eens naar zijn/haar eigen ervaringen.
4. Moeilijke woorden? Moeilijke woorden worden in de context van het verhaal vaak wel duidelijk. Of besteed er juist even aandacht aan. Door het uit te leggen of een plaatje te laten zien onthoudt je kind het beter en leert hij weer een nieuw woord.
5. Lees voor zoals je praat. Het is helemaal niet nodig om u extra in te spannen om met verschillende stemmetjes voor te lezen. Probeer voor te lezen zoals je ook praat, dus harder en zachter en met “hapjes lucht”. Als je leest met expressie, tref je vaak veel beter de toon en helpt het je kind om het verhaal beter te begrijpen.
6. Lees hetzelfde boek vaker voor. Herhaling is belangrijk en erg prettig voor kinderen. Door een verhaal vaker te vertellen zal je kind het verhaal beter begrijpen. Wees niet bang voor verveling; kinderen leren elke keer weer andere dingen uit het boek.
7. Lees ook 10-plussers voor. Veel ouders stoppen met voorlezen zodra hun kind zelf begint te lezen. Terwijl het juist dan zo belangrijk is om voor te blijven lezen. Eerste leesboekjes zijn door hun eenvoudige taal en verhaal vaak niet al te boeiend. Kinderen zijn in deze fase bovendien zo bezig met het technisch lezen van de woorden, dat ze ze zich van de inhoud van het verhaal nauwelijks bewust zijn. Voorgelezen worden is nog steeds heel prettig en stimuleert kinderen om zelf te willen lezen. Of wissel eens af; jij leest een stukje voor en dan je kind.
8. Als je even geen tijd hebt… Tegenwoordig is er een ruim aanbod van digitale voorleesboeken, app’s en voorleesfilmpjes. Gratis of voor een klein bedrag. Als je dan een keer geen zin of tijd hebt, of je wilt je kind op een rustige manier vermaken, dan is dat een aangenaam alternatief. In de bibliotheek vindt u veel tips voor leuke boeken.

Het enige waar ik echt tegen aanloop, is dat het haast niet mogelijk is om alle drie mijn dochters (van 3 jaar, 5 jaar en 7 jaar) tegelijkertijd voor te lezen. De jongste is te snel afgeleid bij een sprookje, terwijl de oudste zich verveelt bij een prentenboek. En de middelste gaat mee met het aandachtsverlies van zowel de jongste als de oudste. We kwamen al tot de conclusie dat vooralsnog we de kinderen afzonderlijk moeten voorlezen. Voor elk een eigen verhaal en een eigen lezend 1-op-1 moment.